Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Raadsvergadering

dinsdag 16 januari 2018

21:00 - 23:00
Locatie

Raadzaal

Voorzitter
burgemeester Adema

Uitzending

Agendapunten

  1. 0
    Gelegenheid tot inspreken over niet-geagendeerde onderwerpen
  2. 1
    Opening en mededelingen
  3. 2
    Opening
  4. 3

  5. 5
    Beantwoording schriftelijke vragen
  6. 5

    Bijlagen

  7. 6.a

  8. 7
    Vaststellen A-stukken
  9. 7.a

    Besluit

    VERORDENING op de heffing en de invordering van reclamebelasting 2018
    (Verordening reclamebelasting Stadshart Lelystad 2018).


    Artikel 1 Begripsomschrijvingen
    Deze verordening verstaat onder:
    a. reclameobject: een openbare aankondiging in letters, symbolen, logos, of kleuren, of een
    combinatie daarvan, zichtbaar vanaf de openbare weg;
    b. bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke op
    de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij
    directe of indirecte steun vindt in of op de grond;
    c. perceel: een roerende of onroerende zaak of een zelfstandig gedeelte daarvan;
    d. vestiging: een onroerende zaak als bedoeld in de Wet waardering onroerende zaken of een
    roerende zaak als bedoeld in de Gemeentewet, dat duurzaam wordt gebruikt voor het aanbieden van
    goederen of diensten (met een winstoogmerk) daaronder begrepen winkels en horeca;
    e. onroerende zaak: de onroerende zaak als bedoeld in hoofdstuk III van de Wet waardering
    onroerende zaken;
    f. roerende zaak: de roerende zaak als bedoeld in artikel 221 van de gemeentewet;
    g. jaar: een kalenderjaar;
    h. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad;
    i. stichting: Stichting Ondernemersfonds Lelystad Centrum;
    j. subsidie: een subsidie zoals bedoeld in het convenant;
    k. subsidiebeschikking: de beschikking waarmee de subsidie wordt verleend;
    l. convenant: de tussen de gemeente Lelystad en de Stichting Ondernemersfonds
    Lelystad Centrum gesloten uitvoeringsovereenkomst.

    Artikel 2 Gebiedsomschrijving
    Deze verordening is van toepassing binnen het aangewezen gebied in de gemeente Lelystad waarbinnen de reclamebelasting wordt geheven. Het Stadshart is het gebied centrum dat begrensd wordt door de Zilverparkkade, Muntstraat, Lindelaan, Neringweg, Agoraweg, Agorabaan, Waagpassage, Stationsweg, Stationsplein, Middenweg en Reaalhof. Deze begrenzingen maken deel uit van het Stadshart. Het aangewezen gebied is vermeld op de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende kaart (bijlage 1).


    Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht

    1. Onder de naam ‘reclamebelasting’ wordt, onder de bij deze verordening gestelde voorwaarden,
      binnen het gebied als bedoeld in artikel 2 een directe belasting geheven van de gebruiker van
      een perceel dat in gebruik of bestemd is als een onroerende zaak of roerende zaak ter zake van
      openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg, waarop en waarbij één of meer
      reclameobjecten worden aangetroffen.
    2. De reclamebelasting wordt geheven van de gebruiker van een perceel dat in gebruik of bestemd is
      als een onroerende zaak of roerende zaak die de openbare aankondiging heeft, dan wel van degene
      ten behoeve van wie de openbare aankondiging is aangebracht, welke verwijst naar een vestiging
      gelegen in het gebied in artikel 2 van deze verordening, waarop en waarbij één of meer
      reclameobjecten worden aangetroffen.
    3. De reclamebelasting wordt geheven van degene die bij het begin van het kalenderjaar binnen het
      gebiedsomschrijving als bedoeld in artikel 2 gelegen onroerende zaken of roerende zaken al dan niet
      krachtens een zakelijk of persoonlijk recht gebruiken.
    4. Met betrekking tot de reclamebelasting als bedoeld in het eerste lid, wordt als gebruiker aangemerkt:
      a. degene die naar de omstandigheden beoordeeld het perceel als dan niet krachtens een zakelijk of
      persoonlijk recht gebruikt;
      b. ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruik is afgestaan: degene die dat gedeelte in gebruik
      heeft afgestaan.

    Artikel 4 Zelfstandige gedeelten
    Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als
    afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig
    bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één
    geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.


    Artikel 5 Belastingobject

    1. Belastingobject is de onroerende zaak zoals bedoeld in artikel 16 van de Wet waardering
      onroerende zaken als de roerende zaak zoals bedoeld in artikel 221 van de Gemeentewet.

    Artikel 6 Maatstaf van heffing en belastingtarief

    1. De reclamebelasting wordt geheven van de gebruiker van de onroerende zaak of roerende zaak,
      per vestiging.
    2. Het tarief van de reclamebelasting bedraagt voor de onroerende zaak € 2,90 per € 1.000,- woz-
      waarde.
    3. Het tarief van de reclamebelasting bedraagt voor de roerende zaak een vast bedrag € 400,00.
    4. De reclamebelasting bedraagt minimaal € 400,00 en maximaal € 1.425,00.
    5. De heffingsmaatstaf is de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken
      voor het belastingobject vastgestelde waarde voor het kalenderjaar 2018.
    6. Indien met betrekking tot een onroerende zaak geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk
      IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van die onroerende zaak
      bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en
      20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.

    Artikel 7 Wijze van heffing
    De reclamebelasting wordt bij wege van aanslag geheven.


    Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar gelang van tijd

    1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van
      de belastingplicht.
    2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over
      zoveel gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar op het
      tijdstip van aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.
    3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing
      voor zoveel gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar op het
      tijdstip van beëindiging van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.

    Artikel 9 Vrijstellingen
    De reclamebelasting wordt niet geheven voor:
    a. een openbare aankondiging door publiekrechtelijke rechtspersonen gedaan in de uitoefening van
    hun publiekrechtelijke taak;
    b. politieke aankondigingen ten tijde van de verkiezingen of aankondigingen van culturele en
    maatschappelijke aard of aankondigingen van niet-commerciële en tijdelijke aard;
    c. openbare aankondigingen die uitsluitend het openbaar belang dienen;
    d. openbare aankondigingen die door (semi-)overheden of culturele, maatschappelijke of daarmee
    gelijk te stellen lichamen met ideëel doelstellingen zijn aangebracht en betrekking hebben op
    activiteiten die uitsluitend een cultureel, maatschappelijk, charitatief of ideëel belasting dienen;
    e. openbare aankondigingen van politieke partijen;
    f.. openbare aankondigingen die korter aanwezig zijn dan 13 weken en binnen het belastingtijdvak niet
    worden vervangen, opgevolgd of gecontinueerd door andere openbare aankondigingen;
    g. openbare aankondigingen op bouwterreinen voor zover deze rechtstreeks betrekking hebben op de
    op dat terrein in uitvoering zijnde bouwwerkzaamheden;
    h. openbare aankondigingen die met vermelding van een tussenpersoon zijn gedaan in verband met de
    verhuur of de verkoop van een onroerende zaak.


    Artikel 10 Termijnen van betaling

    1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet een belastingaanslag
      worden betaald in één termijn, die vervalt op de laatste dag van de maand volgende op die
      welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld.
    2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

    Artikel 11 Kwijtschelding
    Bij de invordering van de reclamebelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

    Artikel 12 Nadere regels door het college van de gemeente Lelystad
    Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de reclamebelastingen.


    Artikel 13 Verhouding Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad

    1. De Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad is van toepassing op subsidies die ten laste van de ontvangen heffingen op grond van deze verordening komen.
    2. Voor zover deze verordening afwijkt van de Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad dan wel toepassing van de Algemene subsidieverordening gemeente Lelystad en bijbehorende besluiten strijdig zou zijn met deze verordening, prevaleert hetgeen in deze verordening is bepaald.

    Artikel 14 Aanwijzing stichting
    De Stichting Ondernemersfonds Lelystad Centrum wordt aangewezen als de partij die op grond van deze verordening subsidie kan aanvragen.


    Artikel 15 Subsidie aanvraag

    1. De subsidie wordt jaarlijks verleend aan de stichting voor de uitvoering van de activiteiten die zijn opgenomen in de Subsidiebeschikking en het eventueel gesloten convenant. De subsidie wordt verleend op een daartoe gedane aanvraag.
    2. Een aanvraag om een subsidie kan worden ingediend vanaf 1 augustus tot uiterlijk 1 oktober voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
    3. In afwijking van lid 2 dient een aanvraag om subsidie voor 2018 ingediend te worden binnen 4 weken nadat deze verordening in werking is getreden.
    4. Een aanvraag om subsidie die betrekking heeft op het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de verordening in werking is getreden, wordt afgewezen.

    Artikel 16 Subsidieverlening

    1. De subsidie bedraagt maximaal het bedrag van de jaarlijks te ontvangen reclamebelasting.
      Het college brengt voor de inning van de heffing € 1750,00 kosten in rekening.
    2. Verrekening als gevolg van vermindering van de reclamebelasting en eventueel oninbaarheid van
      openstaande vorderingen kunnen leiden tot het vaststellen een lager subsidiebedrag.

    Artikel 17 Melding van relevante wijzigingen
    De Stichting stelt het college zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte van:
    a. meer dan ondergeschikte veranderingen in haar financiële situatie;
    b. een wijziging van de statuten;
    c. verandering of beëindiging van activiteiten.


    Artikel 18 Inwerkingtreding en citeertitel

    1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag nadat het college heeft bekend gemaakt
      dat van voldoende steun als bedoeld in het Reglement draagvlakmeting reclamebelasting Stadshart
      Lelystad van 29 november 2017 is gebleken.
    2. De datum van ingang van de heffing is 1 mei 2018.
    3. Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening reclamebelasting Stadshart Lelystad 2018”.

    Het voorstel wordt aangenomen met 27 stemmen voor waarbij LL wordt geacht tegen te stemmen.

  10. 7.b

    Besluit

    1. de Parkeerverordening Lelystad 2017 als volgt te wijzigen:
      a. De definitie van jaar, zoals opgenomen in artikel 1, onder o. te wijzigen, zodat deze als volgt komt te luiden: “de periode van 1 april van enig jaar tot en met 31 maart van het daaropvolgende jaar”;
      b. De titel “het Nieuwland Erfgoed Centrum” in artikel 3, lid 3, onder g. te wijzigen in “Het Flevolands Archief” en Batavialand;
    2. de onder 1 genoemde wijzigingen van de Parkeerverordening Lelystad 2017 met terugwerkende kracht op 1 januari 2018 in werking te laten treden.
  11. 7.d

    Besluit

    1. Als resultaat van een intensief participatieproces in het kader van ‘Het Verhaal van Lelystad’ (zie bijlage) de vier perspectieven en de daaronder vallende strategische hoofdopgaven voor de stad vast te stellen:
      1.1. Landschappelijke stad
      a. Verbind landschappen en water aan de stad
      b. Geef ruimte aan bijzondere woonmilieus
      c. Maak aantrekkelijke (wandel- en fiets)routes tussen de wijken en het landschap
      d. Experimenteer met oplossingen voor duurzaamheid en klimaatadaptatie
      e. Experimenteer in het landschap met energie, voedselproductie en natuurontwikkeling
      f. Energieneutraal in 2025 (excl. verkeer & vervoer)
      g. Maak Lelystad circulair
      h. Houd vast aan de principes van rust en ruimte in de woonomgeving
      i. Koester het groen in de stad
      j. Promoot een gezonde en groene leefstijl
      1.2. Stad van het water
      a. Verbind Marker Wadden met Oostvaardersplassen
      b. Het Stadshart is het centrum van ontmoeten, winkelen en uitgaan, voor de eigen
      inwoners en de in Lelystad werkenden
      c. Ontwikkel de stedelijke kust als verbindende promenade
      d. Maak onderscheid in gebieden langs de kust
      e. Sluit de kust(ontwikkelingen) aan op het netwerk van de bestaande stad
      f. Ontwikkel aan de kust een verscheidenheid aan functies
      g. Versterk de waterstructuur in de stad voor recreatief gebruik
      1.3. Verbonden stad
      a. Speel in op de woningdruk uit de Amsterdamse regio
      b. Kies voor versterking van de bestaande stad (boven stadsuitbreiding)
      c. Maak wijken aantrekkelijk voor (nieuwe) bewoners
      d. Werk aan verbindingen in de stad
      e. Bouw aan sociale betrokkenheid
      f. Bouw aan levensloopbestendige wijken
      g. Verbreek de eentonigheid in de oudere wijken
      1.4. Werkzame stad
      a. Ontwikkel Lelystad Airport en Flevokust Haven tot centra van handel en logistiek
      b. Benut de strategische ligging van Lelystad
      c. Maak goede wandel- en fietsroutes en volg voor de openbaar vervoerverbindingen de in december 2017 door de gemeenteraad gestelde kaders
      d. Gastheerschap voor bedrijven
      e. Lelystad als proeftuin
      f. Zorg voor aansluiting van werkgelegenheid op het arbeidspotentieel van inwoners
      g. Investeer in kwaliteitsverbetering onderwijs op alle niveaus
      h. Creëer ruimte voor bedrijvigheid
      i. Een leven lang leren
      j. Sluit met economisch profiel aan bij het DNA van Lelystad
    2. Het college de opdracht te geven de bovenstaande vier perspectieven en de daaronder vallende strategische opgaven verder uit te werken om te komen tot een Omgevingsvisie Lelystad en wel conform de volgende uitgangspunten:
      2.1. De uitwerking van de strategische hoofdopgaven in nauwe samenwerking met de samenleving uit te voeren.
      2.2. In de uitwerking van de strategische hoofdopgaven te zorgen dat er antwoorden gegeven worden op de opgaven, afwegingen en keuzes gemaakt worden en prioriteiten worden gesteld.
      2.3. Als start voor deze uitwerking van de strategische hoofdopgaven de volgende strategie te hanteren:
      • De landschappelijke stad vormt de historische basis.
      • Verbonden stad is een belangrijke opgave voor de stad.
      • Werkzame stad functioneert als aanjager.
      • Water, kust en ligging zijn de kansen.
  12. 7.e

    Besluit

    kennis te nemen van de Startnotitie Sport en Bewegen in Lelystad 2018 – 2021 en de volgende processtappen vast te stellen:
    a. Een kick off bijeenkomst en aparte werksessies te organiseren voor (een deel van) de raad en deelnemers uit het werkveld van sport en bewegen;
    b. In het eerste kwartaal van 2018 een Hoofdlijnennotitie Sport en bewegen in Lelystad 2018 – 2021 op te stellen en deze aan te bieden voor het overdrachtsdossier college/raad.

  13. 8
    Vaststellen B-stukken
  14. 8.a

    Besluit

    1. Op basis van de volgende beslispunten in de Beleidsvisie Cultuur het gemeentelijk cultuurbeleid voor de periode 2017 – 2020 vast te stellen:

    a] Het gemeentelijke cultuurbeleid heeft als doel een cultureel voorzieningenniveau en activiteitenaanbod te realiseren dat:


    • bewoners en bezoekers van Lelystad stimuleert kennis te nemen van en deel te nemen aan een breed aanbod van culturele activiteiten;
    • bijdraagt aan een aantrekkelijk woon- en leefklimaat;
    • de ontwikkeling van Lelystad tot een open, dynamische en volwaardige stad ondersteunt.

    b] Met uitzondering van de implementatie Warandewijzer en de bijdrage Regionale Programmaraad, de van kracht zijnde beleidsmaatregelen op het gebied van amateurkunst, audiovisueel/media, beeldende kunsten, bibliotheekwerk/letteren, cultureel erfgoed, cultuureducatie en podiumkunsten te continueren.


    Beleidsveld
    Beleidsmaatregelen
    Amateurkunsten
    Subsidie
     projectsubsidies voor amateurkunstuitvoeringen
     Subsidie deskundigheidsbevordering
     Subsidie investeringen accommodatie
     Subsidie stichting De Kubus


    Ondersteuning
     Intendant amateurkunst


    Overig
     Beschikbaarheid Kubus, Agora, Underground



    Audiovisueel/media Subsidies
     Subsidie filmtheater
     Subsidie Stichting Radio Lelystad
     Subsidie Regionale Programmaraad




    Wordt niet gecontinueerd
    Beeldende kunsten Subsidies
     Projectsubsidies beeldende kunst en vormgeving
     Subsidie kunstuitleen


    Overig
     Exposities stadhuis
     Onderhoud kunstwerken openbare ruimte
     Betere spreiding kunstwerken openbare ruimte
     Implementatie Warandewijzer









    Wordt niet gecontinueerd
    Bibliotheekwerk/Letteren
    Subsidies
     Subsidie Stichting FlevoMeer Bibliotheek
     Projectsubsidies literaire festivals en manifestaties


    Overig
     Stadsdichter


    Cultureel erfgoed
    Subsidies
     Projectsubsidies Cultureel erfgoed


    Overig
     Aanwijzing gemeente monumenten
     Onderzoek gemeentelijke monumenten
     Gemeentelijke erfgoedcommissie

    Cultuureducatie Subsidies
     Subsidie Stichting CKC De Kubus
     Cultuureducatie in PO en VO


    Podiumkunsten Subsidies
     Subsidie Stichting Agora
     Subsidie poppodium Underground
     Projectsubsidie podiumkunst bijzondere locaties


    c] Voor het gemeentelijk cultuurbeleid uit te gaan van een continuïteitscenario op basis van het financiële kader van de Ontwerpprogrammabegroting 2018.

  15. 8.b

    Besluit

    1. Dat ICT Governance als een groeitraject naar een permanent proces wordt vormgegeven.
    2. Het college organiseert een verbindende schakel tussen politiek en organisatie.
    3. Het college draagt zorg voor leiderschap en centrale regie, bijvoorbeeld door het aanstellen van een vaste CIO.
    4. Het college formuleert een I-visie met (meerjarige) strategische uitgangspunten en doelstellingen te formuleren en betrekt nadrukkelijk de raad (vooraf) bij dit proces.
    5. Het college beschouwt het ICT beleid en bij de invulling daarvan, de gemeente als een geheel te beschouwen en zorgt voor een goede (beleidsmatige) aansluiting tussen beleid in het primaire proces, organisatiestrategie en informatiseringsstrategie.
    6. Het college voorziet de gemeenteraad periodiek van verantwoordingsinformatie.
    7. Het college geeft in beleidsvoorstellen telkens aan wat de consequenties van het betreffende voorstel zijn op het vlak van informatievoorziening, informatiedeling en ICT (kosten, wet- en regelgeving, risico's, privacyaspecten).
    8. Twee jaar na de datum van dit raadsbesluit van het college een verantwoording tegemoet te zien over de opvolging en afdoening (doorwerking) van dit raadsbesluit.
  16. 8.c

    Besluit

    1. Kennis te nemen van het Analysedocument ‘Zicht op jeugdigen in jeugdhulp in Lelystad’.
    2. Kennis te nemen van het herziene ‘Uitwerkingsplan versterken pedagogische basis, Preventie Versterkt!, oktober 2017’.
    3. De in de reserve ontwikkeling stad (ROS) beklemde middelen beschikbaar te stellen (€ 350.000 in 2018 en € 350.000 in 2019) voor de inzet van preventieve maatregelen in 2018 en 2019 die bijdragen aan een sterke basis voor kinderen op de volgende terreinen:
      a. Stevige oudernetwerken;
      b. Spel Aan Huis;
      c. Pedagogische kracht in de wijk;
      d. Betere start voor het jonge kind;
      e. Groepsgerichte programma’s op maat;
      f. Problematische scheidingen: op tijd er bij.
    4. De effecten van voornoemde interventies worden vóór de kaderbehandeling 2020 in 2019 voorgelegd aan de raad.
    5. De 12 vraagstukken Jeugdhulp Lelystad (analyse NJI 2017) vormen de basis voor Lelystadse Preventiemaatregelen.
    6. Het stappenplan NJI voor preventie en het kwaliteitsmodel NJI worden gehanteerd bij alle (preventie)maatregelen Jeugdhulp als onderdeel van het sociaal domein.
  17. 8.d

    Besluit

    1. Geen wensen en bedenkingen te uiten bij de woningbouwprogrammering 2017-2021;
    2. Geen wensen en bedenkingen te uiten bij de gereserveerde locaties voor sociale woningbouw voor Centrada 2018/2019.
  18. 9
    Gelegenheid tot het stellen van mondelinge vragen (art. 38 RvO)