Raadsvergadering

1.1. kennis te nemen van de Ontwerp Programmabegroting 2019 en de Meerjarenraming 2020-2022 van de Veiligheidsregio Flevoland;
1.2. geen zienswijze bij de Veiligheidsregio Flevoland in te dienen voor de ontwerp programmabegroting 2019 en de Meerjarenraming 2020-2022.

De Havenbeheersverordening Flevokust Haven 2018 vast te stellen

1. Per 1 mei 2018 onderstaande personen te benoemen als lid van de welstandscommissie Lelystad in de functie van:
   • mevrouw ir. T. Stahlie -Biersteker Eerste plaatsvervangend secretaris
   • de heer ir. R. Bosch Tweede plaatsvervangend secretaris

1. De startnota armoede en schuldhulpverlening vast te stellen waarin wordt voorgesteld te starten met de ontwikkeling van de nota Armoede en Schuldhulpverlening en daarvoor de volgende stappen te zetten:
   a. Een evaluatie te doen naar het huidige beleid Armoedebeleid en Schuldhulpverlening 2015-2018 ‘Verankeren en Vernieuwen’.
   b. Informatie voor de nieuwe nota op te halen bij maatschappelijke organisaties en de raad
   c. Deze informatie op te halen door aan te sluiten bij bijeenkomsten georganiseerd vanuit het sociaal domein.
   d. Maatschappelijke organisaties verder mee te laten denken tijdens de ‘koffieochtenden armoede’.
   e. Inwoners van Lelystad uit te nodigen om mee te denken.
   f. De nota voor advies voor te leggen aan de cliëntenraden Sociaal Domein.

1. Kennis te nemen van de actualisatie van het IHP 2018 – 2027, de actualisatie van de geplande uitgaven voor 2019 en van de geraamde uitgaven voor 2020 en verder.
2. In afwijking van het IHP 2018 – 2027 voor de uitbreiding van het Aurum in 2018 een krediet ter beschikking te stellen van in totaal € 5.136.329 en de kapitaallasten per jaar van gemiddeld € 148.603 te verwerken binnen de financiële kaders van het IHP.
3. Over de financiële consequenties voor de begroting 2019-2022 als gevolg van de bijstelling van de IHP-exploitatielasten te besluiten bij de Programmabegroting, voor de jaren 2019-2022 respectievelijk € 52.835 (nadeel 2019), € 52.835 (nadeel 2020), € 62.835 (nadeel 2021) en € 58.835 (nadeel 2022);
4. De financiële consequenties voor de begroting 2019-2022 voortvloeiend uit de bijstelling van de IHP-investeringen op te nemen in de Programmabegroting, voor de jaren 2019-2022 respectievelijk € 96.600 (voordeel 2019), € 199.884 (voordeel 2020), € 128.780 (voordeel 2021) en € 90.568 (nadeel 2022).