Raadsvergadering

De door het college ingevolge artikel 25 lid 2 Gemeentewet opgelegde geheimhouding op
grondexploitatie Stationsgebied op grond van artikel 25 lid 3 te bekrachtigen

De kadernota 2022 – 2025 vast te stellen, met inachtneming van de volgende voorgestelde besluitpunten:
0. Op basis van bovenstaande uitgangspunten:

• Het indexpercentage voor 2022 vast te stellen op 1,4%.
• Het intern rentepercentage voor 2022 vast te stellen op 0,5%.
• Het intern rentepercentage BIE voor 2022 vast te stellen op 1,25%.
• In deze kadernota geen voorstel te doen om te gaan werken met meerjarige subsidieverlening, maar afspraken hierover te betrekken bij de te maken afspraken voor een nieuwe bestuursperiode.
  1. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualiseren vergoeding fractieassistenten’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€43.000.
  2. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Budget voor verkiezingsactiviteiten’ de begroting 2022 bij te stellen met -€40.000.
  3. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Herijking functieprofielen Griffie’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€51.000.
  4. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Verhogen raadsbudgetten i.v.m. toename aantal raadsleden’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€49.000.
  5. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Afschaffen verplicht commissievoorzitterschap’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€28.000.
  6. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie vervangingsinvesteringen ICT 2022 - 2025’ de meerjarenraming 2023 – 2025 bij te stellen met de volgende bedragen: -€6.000 in 2023; -€55.000 in 2024 en -€5.000 met ingang van 2025.
  7. In het onderzoek ‘Capaciteitsbehoefte in relatie tot groeiopgave’ te betrekken wat de ontwikkelmogelijkheden zijn van de ambtelijke organisatie en hoe kennis en kunde duurzaam geborgd kan worden. De uitkomsten van bovengenoemd onderzoek te betrekken bij de programmabegroting 2022 – 2025, waarbij er in ieder geval formatie-uitbreiding bij de afdeling Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) zo spoedig mogelijk plaatsvindt om de woningbouwambities te kunnen bijbenen.
  8. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie treasury’ de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023 – 2025 bij te stellen met de volgende bedragen: €1.485.000 in 2022; €1.517.000 in 2023; €1.360.000 in 2024 en €1.191.000 met ingang van 2025.
  9. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie kapitaallasten’ de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023 – 2025 bij te stellen met de volgende bedragen: €847.000 in 2021; -€83.000 in 2023; -€25.000 in 2024 en -€49.000 met ingang van 2025.
  10. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Storten vrije ruimte begrotingssaldo 2022 in Reserve ontwikkeling stad’ de begroting 2022 bij te stellen met -€1.000.000.
  11. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Schaarse vergunningen’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€41.000.
  12. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Bermverharding polderwegen’ een krediet van €1.100.000 ter beschikking te stellen en op basis daarvan de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023 – 2025 bij te stellen met de volgende bedragen: €550.000 in 2022 en -€38.000 met ingang van 2023.
  13. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Afronding ontsluiting Theaterkwartier’ een aanvullend krediet van €240.000 beschikbaar te stellen en op basis daarvan de meerjarenraming 2023 – 2025 bij te stellen met -€8.000.
  14. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Reconstructie Middendreef’ een krediet van €1.300.000 ter beschikking te stellen en op basis daarvan de meerjarenraming 2023 – 2025 bij te stellen met -€46.000.
  15. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Afrekening subsidie Arriva’ de begroting 2022 bij te stellen met -€75.000.
  16. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie IHP’ de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023 – 2025 bij te stellen met de volgende bedragen: -€69.000 in 2021; €43.000 in 2023; €65.000 in 2024 en -€19.000 met ingang van 2025.
  17. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie budget bijzondere bijstand’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€500.000.
  18. Op basis van bovenstaand voorstel ‘BUIG bijstandsbudgetten’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 niet bij te stellen en op basis van actuele informatie bij de programmabegroting 2022 – 2025 een bijstelling tegemoet te zien (indien noodzakelijk).
  19. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Individuele studietoeslag Participatiewet’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€110.000.
  20. Op basis van bovenstaand voorstel ‘BTW voordeel re-integratie’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met €150.000.
  21. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Wmo’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 niet bij te stellen en op basis van actuele informatie bij de programmabegroting 2022 – 2025 een bijstelling tegemoet te zien (indien noodzakelijk).
  22. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Jeugdzorg’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 niet bij te stellen en op basis van actuele informatie bij de programmabegroting 2022 – 2025 een bijstelling tegemoet te zien (indien noodzakelijk).
  23. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Maatschappelijke opvang’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met €43.000.
  24. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Huisvuilinzameling’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€290.000.
  25. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Handhaving Erkende Maatregelenlijst energiebesparing’ de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023 en verder bij te stellen met de volgende bedragen: -€450.000 in 2022 en 2023 en -€300.000 met ingang van 2024.
  26. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Basisniveau natuurwet- en regelgeving’ de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023 bij te stellen met de volgende bedragen: -€80.000 in 2022 en -€40.000 in 2023.
  27. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie bijdrage GR het Flevolands Archief’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€10.000.
  28. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie bijdrage GR Veiligheidsregio’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€69.000.
  29. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie bijdrage GR GGD Flevoland’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€34.000.
  30. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie bijdrage GR OFGV’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met €187.000.
  31. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie bijdrage GR OFGV – sloopmeldingen’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€137.000.
  32. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Inkomsten bouwleges’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met €350.000.
  33. Op basis van bovenstaand voorstel ‘VTH software Omgevingswet’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€55.000 en dit bedrag te laten vrijvallen in de algemene middelen indien het rijk hiervoor met een vergoeding komt.
  34a. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie OZB inkomsten – indexatie en areaal’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met €958.000.
  34b. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie OZB inkomsten – indexatie en areaal’ uit te gaan van een evenredige verdeling tussen de OZB woningen en de OZB niet-woningen bij het toedelen van de eerder vastgestelde verhoging van de OZB inkomsten ter grootte van €750.000.
  35. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Groeigerelateerde kosten belastingen’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€381.000.
  36. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Nominale compensatie algemene uitkering gemeentefonds’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met €1.808.000.
  37. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Compensatie inflatie – gesubsidieerde instellingen (tranche 2022)’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€350.000.
  38. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Compensatie inflatie – materiële budgetten (tranche 2022)’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€770.000.
  39. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Compensatie inflatie – taken sociaal domein (tranche 2022)’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€770.000.
  40. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Compensatie stijging CAO lonen en sociale lasten’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 bij te stellen met -€900.000.
  41. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Herijking verdeelmodel algemene uitkering’ de meerjarenraming met ingang van 2023 vooralsnog niet bij te stellen en op basis van actuele informatie bij de programmabegroting 2022 – 2025 een bijstelling tegemoet te zien.
  42. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Ontwikkeling algemene uitkering’ de begroting 2022 en de meerjarenraming met ingang van 2023 vooralsnog niet bij te stellen en op basis van actuele informatie bij de programmabegroting 2022 – 2025 een bijstelling tegemoet te zien.
  43. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Zoekrichting sluitende begroting’ de meerjarenraming met ingang van 2023 taakstellend sluitend te maken aan de hand van de volgende uit te werken zoekrichtingen:
• Huisvesting bibliotheek
• Bermbeheer buitengebied
• Doorbelastingsmogelijkheden rioolheffing en afvalstoffenheffing
• Analyse structurele onderbesteding budgetten vanuit jaarrekening 2020
• College onvoorzien
• Subsidieverstrekking in relatie tot de te realiseren maatschappelijke effecten
  44a. De raad medio september 2021 te informeren over de begrotingsruimte / krapte uitgaande van recente inzichten en na verwerking van de besluiten van de kadernota. De beoogde denkrichtingen / voorstellen voor de begroting te bespreken met de raad.
  44b. Bij de raad te inventariseren wat de gewenste prioriteit is van de resterende getoonde wenselijke voorstellen en de niet opgenomen wenselijke voorstellen, waarbij de voorstellen waarvoor incidentele dekking vereist is, gesplitst worden van de voorstellen waarvoor structurele dekking vereist is.
  Wenselijke voorstellen:

1. Formatie-uitbreiding team stadstoezicht
2. Inzet extra handhavers tijdens jaarwisseling
3. Wijkvisies Bestaande Stad, onderzoek en analyse
4. Fietspad Polderdreef
5. Stationsplein
6. BinckBank Tour (zie besluitpunt 50)
7. Nieuwe periode Uitvoeringsprogramma Vrijetijdseconomie Lelystad 2022 – 2026
8. Ondersteuning evenementen
9. Juridische ondersteuning statushouders
10. Versterking Stadshart
11. Stadsmarketing Lelystad
    Voor wenselijk voorstel 7 "Nieuwe periode Uitvoeringsprogramma Vrijetijdseconomie Lelystad 2022 – 2026" het geplande bedrag voor 2022 bij te stellen van €100.000 naar €0.
    Niet opgenomen wenselijke voorstellen / geen dekking voor:
12. Aanpak Cybercriminaliteit
13. Aanpassing fietspad Neringweg
14. Fietsoversteek Geldersedreef bij Nienoord
15. Herinrichting Voorstraat (zie ook besluitpunt 52)
16. Uitrit Kempenaar 01
17. Verkeersplateau Beukenhof
18. Lelystad Airport
19. Versterking ondernemingsklimaat
20. Skatebaan (zie besluitpunt 51)
21. Jongerenconsultatie
22. Wegvallen landelijke subsidie Gezond in De Stad (GIDS)
23. Impuls kenniscentrum nieuwe natuur
24. Participatieinstrumenten warmtetransitie en duurzaamheid
25. Lelystad Seniorproof
26. Stedelijke Vernieuwing op Uitnodiging
    45. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Doorontwikkeling omgevingsvisie’ de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023 – 2024 bij te stellen en daarvoor de volgende bedragen te onttrekken aan de reserve ontwikkeling stad: -€452.000 in 2022, -€428.000 in 2023 en -€214.000 in 2024.
    46. Op basis van bovenstaand voorstel ‘Actualisatie invoering Omgevingswet / Wet Kwaliteitsborging’ de begroting 2022 en de meerjarenraming 2023 – 2025 bij te stellen en daarvoor de volgende bedragen te onttrekken aan de reserve ontwikkeling stad: -€660.000 in 2022, -€580.000 in 2023, -€450.000 in 2024 en -€320.000 in 2025.
    47. Te komen tot een zelfstandig en toekomstbestendig Lelystads poppodium met een eigen onderkomen;
27. Waarbij ruimte is voor voldoende publiek en een duurzame exploitatie in goede samenwerking tussen (en rekening houdend met het huidig) personeel, vrijwilligers en lokale horeca;
28. vervallen
29. De locaties van (1) bestaande locaties: de Trommel, Middenweg 98, voormalige bioscoop, enz. (2) huidige locatie Corneel maar dan inclusief vernieuwing/aanpassingen, of (3) een nieuw te realiseren locatie, in onderzoek te nemen voor vestiging van een poppodium "Underground Lelystad";
30. Voor de begroting van het college een raadsvoorstel met minstens de genoemde varianten tegemoet te zien met haalbare locaties uit het onderzoek genoemd onder punt 3.), voorzien van een voorstel tot aankoop (indien niet reeds in bezit), een investeringsvoorstel en kapitaalslasten en binnen de subsidie begroting en geldende verordeningen;
31. Ten behoeve van de aankoop en revitalisatie van een nieuwe (alternatieve) locatie eenmalig een bedrag te reserveren uit de algemene reserve van 2,0 miljoen;
32. De reguliere exploitatie van Underground te dekken uit vigerende subsidievoorziening (358K) aan het huidige Corneel (daaraan toe te voegen de geldende dekking van huurvrijstelling van 65K) en daarmee 1:1 in mindering te brengen op de subsidiebijdrage aan de Stichting Kubus Lelystad;
33. Ten behoeve van de bedrijfsvoering te komen men een voorstel voor de oprichting van een onafhankelijke stichting Underground binnen de volgende kaders:
    a) De stichting Underground is een zelfstandige stichting met eigen bestuur met eigen V&W verantwoordelijkheid, de vrijwilligers verdienen ook op bestuurlijk niveau een plek;
    b) De nieuwe stichting staat volledig los van St. De Kubus;
    c) Jaarlijks kan de op te richten stichting Underground een programma subsidie aanvragen, conform de vigerende subsidieverordening;
    d) De kapitaallasten die nodig zijn voor investeringen op en van de aan te wijzen locatie zijn voor rekening van de gemeente en dienen aan de raad ter goedkeuring aangeboden te worden;
    e) Bestuurlijk te borgen dat er samenwerking en overleg met de lokale horeca plaatsvindt ter bevordering van het lokale uitgaansaanbod;
    f) Te kijken of hier breder een locatie voor jongerencultuur te realiseren door bijv. Urban Village hierbij te betrekken;
    g) De nieuwe locatie ook op aanvraag beschikbaar te maken voor commerciële verhuur;
    h) De raad bij de begroting te informeren over de voortgang, voorzien van bijbehorende kostenstaten en dekking.
    48. Jaarlijks €100.000 van het subsidieplafond van taakveld 5.3 Cultuurpresentatie/prod.partic. binnen de begrotingssubsidies van de Gemeente Lelystad actief te herbestemmen voor amateurkunst en daarmee toe te voegen aan de subsidieregelingen amateurkunst 2022.
    49. Een analyse te maken van het gemeentelijk vastgoed op maatschappelijk / commercieel gebruik en de raad daarover te informeren. Het actief in verkoop geven van het maatschappelijk vastgoed zover dit geen maatschappelijke functie heeft en waar mogelijk of noodzakelijk, bij verkoop of initiatief daartoe, voorstellen aan de raad voor te leggen voor wijziging bestemming wonen.
    50. Voor de uitvoer van de principeovereenkomst tussen CML en de BinckBank tour, eenmalig €100.000 te beklemmen uit de Reserve Ontwikkeling Stad om de BinckBank Tour voor 2022 en 2023 veilig te stellen.
    Samen met lokale wielerverenigingen inspanningen te plegen om ruimte te maken voor bijpassende sportactiviteiten voor jong en oud (bijv. een toertocht, gran fondo of tijdrit).
    Deze kans vanuit een marketingperspectief optimaal te benutten voor Lelystad (bijv. door op strategische plekken reclamebanners/slogans te plaatsen die tijdens de tour gezien kunnen worden door het miljoenenpubliek op TV).
    51. Uiterlijk bij de begroting 2022 in afstemming met de jongeren een voorstel te doen om een vergroting / vernieuwing dan wel nieuwe skatevoorziening in het stadshart te realiseren. E.e.a. voorzien van dekking en exploitatieopzet. En hierbij in ieder geval de volgende kaders te hanteren:
    a. De skatevoorziening dient voldoende omvang en kwaliteit te hebben om aantrekkelijk en uitdagend te zijn voor de verschillende doelgroepen skaters, jong en oud, beginner en ervarene;
    b. Met de gemeentelijk bijdrage en die van andere mogelijke subsidiënten (evt. provincie, fondsen als Jantje Beton e.d.) wordt minimaal een goede basisvoorziening gecreëerd, zoals onder a aangegeven;
    c. Om het draagvlak en de betrokkenheid (eigenaarschap) onder jongeren te bevorderen wordt hen gevraagd een crowdfundingsactie op te zetten. De middelen die hieruit voortkomen worden in principe ingezet om de voorziening extra kwaliteit te geven;
    d. Het betreft een voorstel op hoofdlijnen, op grond waarvan een keuze kan worden gemaakt voor vernieuwing/vergroting of een geheel nieuwe voorziening en verantwoord middelen in de begroting opgenomen kunnen worden;
    e. Uitwerking en realisatie vindt in nauw overleg met de jongeren plaats in 2022;
    f. Het voorstel wordt in nauw overleg met de betrokken jongeren opgesteld. Uitgangspunt is dat overeenstemming wordt bereikt. Zo niet dan worden hun eventueel afwijkende opvattingen voor de raad inzichtelijk gemaakt.
    52. De raad de eerste helft van 2022 te informeren over het benodigd budget voor de herinrichting van de Voorstraat.
    53. Een bedrag van € 25.000 éénmalig te bestemmen ten behoeve van het doen organiseren van de
    Nationale Sportweek 2022.
    54. Voor "het onbeklemde deel van de Reserve ontwikkeling stad (ROS) afgerond zo’n €3,9 miljoen" concrete voorstellen ter besluitvorming aan de raad voor te leggen, doch uiterlijk bij de begrotingsbehandeling, voorzien van beargumenteerde onderbouwingen en te besluiten middels waardering van voorstellen op basis van stemming, met in achtneming van de vigerende 35 zetels in de raad.