Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Technische vragen

TV 24.312 FvD Geen groei en krimp Lelycenter, horeca pleintje en Oostvaardersplassen

ID
1232
Datum vraag
4-10-2024
Onderwerp
TV 24.312 FvD Geen groei en krimp Lelycenter, horeca pleintje en Oostvaardersplassen
Agendapunt
Commissie Bestuur, Middelen en Economie 2024 (7.b. Horecavisie 2024-2030)
dinsdag 8 oktober 20:15 tot 22:30
Presentatiezaal
Raadsleden
  • Simone van Slot
Fractie
  • Fractie FvD
Fractieassistent
  • Sandra Antonovich
Vraag
Op pagina 19 worden 3 regio’s genoemd waar geen groei en zelfs krimp gewenst is, hier worden genoemd: Lelycenter, horeca pleintje en natuurgebied Oostvaarders plassen. Voor het stadshart is besloten dat een gezellig en aantrekkelijk winkelgebied, onder andere, ook voldoende terrassen en horecagelegenheden heeft. 1.Waarom wordt er dan voorgesteld dat het Lelycenter in het rijtje krimp en geen groei, hoort. Zowel in het Lelycenter als op het horeca pleintje zijn panden met een horeca bestemming die niet zomaar om te buigen zijn naar een andere functie. De wijzigingen kunnen bij bedrijfsstaking negatieve consequenties hebben op de waarde bij verkoop, zowel op het onroerend goed als de goodwill. 2.Hoe ziet het college de toekomst van deze betreffende panden? 3.Is er met deze voorgenomen wijziging rekening gehouden met planschade en/of nadeelcompensatie? *Zo ja, welke financiële gevolgen heeft dit voor de gemeente en waar wordt hier dekking voor gevonden? *Zo nee, waarom niet? 4.Heeft het college een idee welke andere invulling deze panden kunnen krijgen? 5.Is er een juridische toets geweest op de rechtmatigheid van deze wijzigingen ten opzichte van de huidige horecaondernemers en onroerend goed eigenaren, met inachtneming van het recht op vrijheid van ondernemen? 6.Op welke wijze is het college voornemens om te gaan, met een verandering van eigenaar/uitbater in deze gebieden en de vergunning verstrekking die daarmee gepaard gaat? 7.Op welke wijze zal de gewenste krimp bewerkstelligd worden?
Antwoord
1.Waarom wordt er dan voorgesteld dat het Lelycenter in het rijtje krimp en geen groei, hoort. Door de focus op het Stadshart en Bataviakwartier kan gedacht worden dat andere gebieden mogelijk minder horeca krijgen. De visie voorziet echter ook in passende horeca voor andere gebieden, afgestemd op de lokale behoefte. De panden in het Lelycentre kennen de bestemming Centrum. Hierdoor is er sprake van een bestemming waar meerdere functies mogelijk zijn, waaronder horeca. Dit betreft ook de verdieping, hier zit veel horeca gevestigd. Het Lelycentre is opgenomen in het rijtje krimp / geen ontwikkeling gewenst, omdat ingezet wordt op een kwalitatieve ontwikkeling naar een goed functionerend wijkwinkelcentrum. Op dit moment zien we dat er kansen liggen in het kwalitatieve aanbod en niet zo zeer in het kwantitatieve. Om die reden wordt meer ingezet op verkleuring van concept, dan op uitbreiding van meters. 2.Hoe ziet het college de toekomst van deze betreffende panden? In 2013 Is het bestemmingsplan voor Lelystad Midden-west aangepast. Deze panden staan hier in als gebouwen ten behoeve van: 1. woongebouwen; 2. horecabedrijven van categorie 1, ter plaatse van de aanduiding "horeca", voor zover het de onderste bouwlaag betreft; 3. detailhandel, ter plaatse van de aanduiding "detailhandel", voor zover het de onderste bouwlaag betreft; 4. dienstverlenende bedrijven, ter plaatse van de aanduiding "dienstverlening", voor zover het de onderste bouwlaag betreft; Voorstel is om onderzoek te doen naar de toekomst van de locaties. Daarmee is niet gezegd dat die bestemming gewijzigd worden. Dit zal altijd in samenspraak met eigenaar plaatsvinden. 3.Is er met deze voorgenomen wijziging rekening gehouden met planschade en/of nadeelcompensatie? We starten met een verkenning met de eigenaren en ondernemer en te onderzoeken wat de mogelijkheden en wensen zijn. De uitkomst hiervan zullen we voorleggen aan de raad. Er is nu nog geen rekening gehouden met nadeelcompensatie. 4.Heeft het college een idee welke andere invulling deze panden kunnen krijgen? Nee, ook dit zal voort moeten komen uit het onderzoek naar de toekomst van de locatie. 5.Is er een juridische toets geweest op de rechtmatigheid van deze wijzigingen ten opzichte van de huidige horecaondernemers en onroerend goed eigenaren, met inachtneming van het recht op vrijheid van ondernemen? We willen starten met in gesprek te gaan met de eigenaren en ondernemer en te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn. De uitkomst hiervan zullen we voorleggen aan de raad. 6.Op welke wijze is het college voornemens om te gaan, met een verandering van eigenaar/uitbater in deze gebieden en de vergunning verstrekking die daarmee gepaard gaat? We starten met het in gesprek te gaan met de eigenaren en ondernemer en te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn. De uitkomst hiervan zullen we voorleggen aan de raad. Bij een verandering van uitbater/eigenaar moeten nieuwe vergunningen aangevraagd worden. 7.Op welke wijze zal de gewenste krimp bewerkstelligd worden? We starten met het in gesprek te gaan met de eigenaren en ondernemer en te onderzoeken wat de mogelijkheden zijn. De uitkomst hiervan zullen we voorleggen aan de raad.
Toelichting
Om een levendige, aantrekkelijke stad te zijn is er niet alleen een divers aanbod nodig, maar ook een voor iedereen bereikbaar aanbod van voorzieningen. Tevens is het streven om een aantrekkelijk ondernemersklimaat te hebben en verder te ontwikkelen. De voorgestelde krimp en groei, dragen naar ons idee niet bij aan de gestelde doelen en hebben daarmee de gestelde vragen opgeroepen.
Datum antwoord
8-10-2024
Bijlage(s)