In het kader van actieve informatieplicht wil Mooi Lelystad graag over de volgende punten (blijvend) geïnformeerd worden:
1. Wanneer zijn welke geschilpunten besproken in een afvaardiging van de deelnemende colleges.
2. Hoe luidt de opdracht aan de commissie van deskundigen?
3. Wie zijn de deelnemers van de commissie van deskundigen en welke beroepsachtergrond hebben zij?
4. Wanneer wordt het advies van de commissie van deskundigen verwacht?
5. Wat straks het advies is vanuit de commissie van deskundigen.
6. Wat er straks door de vijf gemeenten met het advies gedaan gaat worden en in het bijzonder door Lelystad.
7. Of en wanneer uiteindelijk ook artikel 28 WGR toegepast gaat worden?
8. Wanneer is/wordt Gedeputeerde Staten geïnformeerd en/of betrokken en wat is/was hun reactie/besluit?
9. Wanneer VWS geïnformeerd en/of betrokken is/gaat worden, wat is/was hun reactie en wat hun rol kan zijn/bevoegdheid is?
10. In hoeverre committeert Lelystad zich nog aan de Hervormingsagenda Jeugd?
Antwoord
1. Wanneer zijn welke geschilpunten besproken in een afvaardiging van de deelnemende colleges?
De verschillen in het kijken naar transformatie in de jeugdzorg zijn het hele jaar 2024 in het Bestuurlijk Overleg Sociaal Domein (BOSD) besproken. De verschillen in inzicht zijn gebleven. Lelystad ziet mogelijkheden om ondanks deze verschillen, samen te werken met betrekking tot inkoop van Jeugdhulp. Conform artikel 15 van de Centrumregeling is in het BOSD van 16 januari 2025 besloten om de geschillenprocedure te activeren. De tussenstap, waarin de kwestie besproken wordt in een afvaardiging van de deelnemende colleges, heeft daarmee plaatsgevonden binnen het BOSD.
2 Hoe luidt de opdracht aan de commissie van deskundigen?
De deskundigencommissie is gevraagd om zich te richten op de werking van de huidige Centrumregeling. Dit zorgt ervoor dat de opdracht binnen het kader van artikel 15 blijft en gericht is op de actuele samenwerkingsproblemen. De commissie onderzoekt of de doelstellingen op het hoogste niveau voldoende gedeeld worden en adviseert over hoe eventuele verschillen overbrugd kunnen worden. Verder onderzoekt de commissie hoe het hoe (de overkoepelende doelen te bereiken) in de gemeenten verschilt, en adviseert over de mogelijkheden om de verschillen te overbruggen. Zij neemt in haar advies mee welke ruimte zij ziet voor een model waarin een gemeente kan kiezen voor verdergaande of minimale samenwerking.
3 Wie zijn de deelnemers van de commissie van deskundigen en welke beroepsachtergrond hebben zij?
De commissie bestaat uit: Leon Meijer, Mariëlle Bruning en Onno de Zwart.
Deze deskundigen beschikken gezamenlijk over de volgende achtergronden:
- Actuele kennis van de ontwikkelingen in het veld van de jeugdzorg
- Diepgaande kennis van de transformatievraagstukken van de jeugdzorg
- Juridische expertise (o.a. Jeugdwet)
- Ervaring met intergemeentelijke samenwerking
- Ervaring met complexe politiek- bestuurlijke speelvelden
4 Wanneer wordt het advies van de commissie van deskundigen verwacht?
De commissie start haar werkzaamheden naar verwachting eind maart 2025. De rapportage wordt in juni 2025 verwacht. Dit is een niet bindend advies.
5 Wat straks het advies is vanuit de commissie van deskundigen?
Dit advies is nog niet bekend, aangezien de commissie haar werkzaamheden nog niet is gestart. Verwacht wordt dat het advies inzicht zal geven in de knelpunten binnen de huidige Centrumregeling en aanbevelingen zal doen om deze te overbruggen.
6 Wat er straks door de vijf gemeenten met het advies gedaan gaat worden en in het bijzonder door Lelystad?
Het deskundigenadvies is niet bindend. De vijf gemeenten zullen gezamenlijk beoordelen hoe de aanbevelingen worden opgevolgd.
7 Of en wanneer uiteindelijk ook artikel 28 WGR toegepast gaat worden?
Artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen (WGR) kan worden toegepast indien een geschil niet wordt opgelost via het deskundigenadvies.
8 Wanneer is/wordt Gedeputeerde Staten geïnformeerd en/of betrokken en wat is/was hun reactie/besluit?
Artikel 28 van de WGR bepaalt dat geschillen omtrent de toepassing van de regeling door Gedeputeerde Staten worden beslecht, tenzij deze onder de bevoegdheid van een rechter vallen. Onverminderd deze bepaling worden geschillen over de regeling onderworpen aan een niet bindend deskundigenadvies. Gedeputeerde Staten wordt betrokken indien het geschil niet wordt opgelost via het deskundigenadvies.
9 Wanneer VWS geïnformeerd en/of betrokken is/gaat worden, wat is/was hun reactie en wat hun rol kan zijn/bevoegdheid is?
Het ministerie is op de hoogte gebracht van het feit dat Lelystad de intentieverklaring niet heeft ondertekend. Er is een aantal keer contact geweest met het ministerie vanuit Lelystad om toe te lichten waar voor Lelystad het bezwaar zit met betrekking tot de intentie-overeenkomst.
Vooreerst is nu de stap met de commissie van deskundigen gezet.
.
10 In hoeverre committeert Lelystad zich nog aan de Hervormingsagenda Jeugd?
Lelystad staat achter het doel van de Hervormingsagenda Jeugd om de jeugdzorg te verbeteren en financieel gezond te maken. Ook zijn wij het eens, dat voor vragen die niet op lokale schaal opgelost kunnen worden verplichte regionale samenwerking en landelijke contractering van hoogspecialistisch of schaars zorgaanbod nodig kan zijn. Met het Koersdocument oftewel Knoppenplan Jeugdzorg en het uitvoeringsprogramma geven wij lokaal uitwerking aan deze Hervormingsagenda. Zo hebben wij het voorkomen en terugdringen van residentiële jeugdhulp uitgewerkt in de knoppen 12 t/m 14.
Toelichting
Artikel 15 Centrumregeling – Geschillen
Onverminderd artikel 28 van de Wet gemeenschappelijke regelingen worden geschillen over deze regeling onderworpen aan een niet-bindend deskundigenadvies. Voordat een dergelijk advies wordt gevraagd, dient het geschil besproken te worden in een afvaardiging van de deelnemende colleges. Wanneer dit niet leidt tot overeenstemming wijst iedere deelnemer een onafhankelijke deskundige aan. De aangewezen deskundigen benoemen gezamenlijk een deskundige die als voorzitter van de adviescommissie optreedt. Het opdrachtgeverschap aan de commissie wordt door de deelnemers gezamenlijk vervuld.
Artikel 28 Wet GR
1.Geschillen omtrent de toepassing, in de ruimste zin, van een regeling tussen besturen van deelnemende gemeenten of tussen besturen van een of meer gemeenten en het bestuur van het openbaar lichaam of van de bedrijfsvoeringsorganisatie of het gemeenschappelijk orgaan worden door gedeputeerde staten beslist, voor zover zij niet behoren tot die, vermeld in artikel 112, eerste lid van de Grondwet of tot die, waarvan de beslissing krachtens artikel 112, tweede lid van de Grondwet is opgedragen hetzij aan de rechterlijke macht, hetzij aan gerechten die niet tot de rechterlijke macht behoren.
2. Gedeputeerde staten kunnen bij de beslissing van het geschil het desbetreffende bestuur opdragen een besluit te nemen met inachtneming van het in hun beslissing bepaalde en binnen een daartoe te stellen termijn. Indien binnen de gestelde termijn het besluit niet is genomen, geschiedt dit door gedeputeerde staten.
3. In spoedeisende gevallen kunnen gedeputeerde staten bij de beslissing van het geschil in de plaats van het desbetreffende bestuur een besluit als bedoeld in het tweede lid nemen.